MAKEN maakt je blij. Voor sommige mensen, waaronder ikzelf, is maken een noodzaak en kun je de moeilijke kanten van het leven het hoofd bieden, door geregeld dingen met je handen te maken. Dat betekent zeker niet dat je je hoofd er niet bij nodig hebt. Dat je  hoofd en handen beide nodig hebt maakt het juist zo spannend! Maken is inmiddels ook hot. Internationaal zie je prachtige inspirerende dingen gebeuren, er ontstaan online makerspaces en ook in ons eigen land ontwikkelen zich de laatste jaren talloze initiatieven. Zo was er onlangs in Eindhoven weer een Maker Faire. Hier werden veel van die ontwikkelingen gepresenteerd.

Het zal niemand verbazen dat ook het onderwijs in Nederland zich steeds meer bezig gaat houden met MAKEN. Hartstikke nodig! Op de Maker Faire Eindhoven zette Paulo Blikstein van Stanford University het voor ons nog eens op een rijtje:

  • Maakonderwijs schept voor leerlingen de mogelijkheid om op verschillende manieren te leren.
  • Hierdoor stimuleert het gelijkere kansen voor leerlingen die moeilijker uit de boekjes leren of gewoon anders leren.
  • Onderwerpen ontdekken via maken en doen vergroot het leerrendement.
  • Een goede afwisseling tussen denken en doen, blijkt uit onderzoek de beste voorspeller voor leren.

img_2226.jpg
Reden genoeg om in het onderwijs ruimte te geven voor MAKEN. Maar dat het leuk, inspirerend en nodig is, wil nog niet zeggen dat het ook makkelijk is. Het antwoord op de vraag: ‘Maar hoe dan?’, is complex en wordt daarom ook zo vaak door leerkrachten geuit. Voor stichting ‘De Haagse Scholen’ die het primair openbaar onderwijs in
Den Haag verzorgt, mag ik mij samen met Rita Baptiste buigen over dit ‘Hoe dan?’ en is er ook een professionele leergemeenschap opgericht die meedenkt (zie afbeelding hieronder).
IMG_0057Astrid Poot
Wij zijn niet de enige die ons hiermee bezighouden. De titel van dit blog heb ik bijna letterlijk overgenomen van mede-MAKER Astrid Poot, die in haar blog van 12 oktober zich dezelfde vraag stelt. Daarin somt ze ook precies de problemen op waar we mee te maken hebben: ‘Dat maaklessen losse incidenten blijven, dat het gastles-schap de makkelijke oplossing zal zijn, dat het niet speels zal zijn. Dat er geen goede context voor het maken is: dat het alleen techniek is, of alleen beeldend, of alleen W&T.

In haar eigen herkenbare frisse tekenstijl maakte Astrid een strip over hoe zij aankijkt tegen Makeronderwijs met daarin het model van Patrick Benfields als uitgangspunt voor een HOE in het po.

Schermafbeelding 2018-10-29 om 16.23.22In dit HOE schetst Astrid een opzet voor het gebruik van een leerlijn voor gereedschap. Zij beschrijft hiervoor een mogelijke opbouw voor het po en een aanpak via drie stappen: Ontdekken, vaardigheden opdoen en toepassen…

alles-in-een-cirkel01opbouw
Bij het ontdekken en het opdoen van vaardigheden hoeft nog geen ‘af’ product vervaardigd te worden. Astrid schetst een voorbeeldles waarbij de werking van de zaag wordt ervaren door er zelf één van karton te maken en uit te proberen hoe hij werkt als je door een blok oase zaagt. Ik zie hierbij grappige parallellen met mijn eigen lessen over het zelf maken van kwasten. Dit was een onderzoek naar tekengereedschap en welk materiaal welke lijnen maakt. Hierbij ging het ook eerst om het onderzoek naar de lijnen op zich en pas later om wat je ermee zou willen maken…

Als we spreken over gereedschap is kennis over het gebruik ervan belangrijk en ook leuk om leerlingen bij te brengen. Astrid tipt hierbij de geschiedenis aan. Verbanden met
Schermafbeelding 2018-10-29 om 20.53.37andere kennisgebieden als techniek, natuurkunde of biologie zijn er ook. Veel gereedschappen werken immers als een verlengstuk van ons lichaam en als we denken aan de hefboomwerking van de hamer snappen we ook ineens beter hoe we hem vast moeten houden. Zelfs kleuters kun je daar leuke lessen over geven. Verbanden zijn dus belangrijk. MAAK-onderwijs moet daarom ook kennis bieden binnen context en concepten, anders worden de maaklessen zoals Astrid al beschreef, losse incidenten. Rita Baptiste en ik trachten voor de leerkracht ideeën over context behapbaar en inspirerend vorm te geven. Bovenstaande les over het zelf maken en uitproberen van kwasten kun je zien binnen een bredere context van schrijven, tekenen en schilderen.
(download hier: 2spread_aanzet leerlandschap_schrijven)
2spread_aanzet leerlandschap_schrijven22spread_aanzet leerlandschap_schrijven3
En uiteraard zie je binnen zo’n thema weer verbanden met allerlei andere vakken, denkwijzen en vaardigheden…
IMG_0058
Zoals Astrid een kader schetst waarbinnen gewerkt kan worden met gereedschappen en daarvan voorbeeldlessen laat zien en een opbouw binnen de school, zo maken Rita en ik thema’s en concepten zichtbaar met betrekking tot de kennis die nodig is om te MAKEN. (vaardigheden en denkwijzen zijn minstens zo belangrijk, maar die bewaar ik voor een volgende blogpost). Hieronder een voorbeeld van concept. Het concept constructie. (download hier: spread_leerlandschap_constructie)
constructie
constructie2
Constructies gaan in beginsel eigenlijk altijd over het aan elkaar maken van twee of meer losse elementen. Zo’n verbinding kan permanent zijn (bijvoorbeeld met lijm), los-vast (bijvoorbeeld schoenveters), of bewegelijk (bijvoorbeeld tandwielen). Of zo’n verbinding stevig is en hoe je dat gaat oplossen heeft alles te maken met MAKEN. En of je materiaal sterk is en hoe je materiaal sterk kan maken (bijvoorbeeld d.m.v profielen), hoort ook bij de kennis van een MAKER. Alles wat met MAKEN te maken heeft maakt gebruik van constructie. Zonder kennis van dit concept dondert je ontwerp in elkaar. Wij proberen daarom die kennis zo helder mogelijk over het voetlicht te brengen. Op dezelfde wijze willen wij andere thema’s uit natuur en techniek voor het po in beeld brengen zoals o.a. elektriciteit en mechanica.

Per Ivar Kloen: Recept, Kader of vrijheid
In een prachtig blog over maken beschrijft Per Ivar Kloen dat binnen een schoolcurriculum sprake is van diverse benaderingen van maakonderwijs:

  • een vrije situatie waarbinnen de leerling geheel zelf besluit wat hij gaat maken,
  • een kader waar binnen gestelde grenzen van een opdracht, probleemstelling, onderzoek of materiaal de leerling aan de slag gaat,
  • en een recept waarbij een voorgeschreven stappenplan voor het maken wordt gehanteerd.

Astrid maakt van deze inzichten gebruik voor het uitdenken van een schoolsysteem waarbij leerlingen via kleine projecten toewerken naar een grote (vrije) totaalopdracht.
heleschool

Bij ons op OBS De Startbaan valt het ervaring opdoen en het oefenen m.b.t. MAKEN binnen overkoepelende thema’s en projecten. Binnen ieder project wordt zoveel mogelijk toegewerkt naar steeds meer eigenaarschap van de leerling. Het afsluiten met een grote vrije Meesterproef doen wij niet maar is een interessante gedachte. Het is belangrijk om als school na te denken over hoe men het maakonderwijs wil inrichten en die gedachten gezamenlijk steeds bij te slijpen. Een bouwhuis als bovenstaand schema dat past bij het team en de school, waarbinnen de school zijn eigen werkwijze bouwt en borgt is van groot belang.

Aan de andere kant blijft het beoordelingsvermogen van de leerkracht tevens een factor van betekenis. De leerkracht moet immers in staat zijn de onderwijsbehoefte van de leerling goed in te schatten. Dat is afhankelijk van de persoonlijkheid van de leerling en van het moment. Binnen een grote vrije opdracht zou een leerling heel goed behoefte kunnen hebben aan een recept omdat hij zich nieuwe kennis moet eigen maken. Het kan evengoed zijn dat een groep 5 na een aantal gekaderde opdrachten en recepten even helemaal in vrijheid los wil/kan gaan, terwijl er leerlingen uit groep 8 zijn die dit (nog) niet aankunnen.

Als Maakonderwijs wil slagen moet het op diverse niveaus ondersteund worden: In de klas, schoolbreed en op bestuursniveau. Mijn ervaring is dat leerkrachten in het po veel op hun bordje hebben. En dat wordt niet minder met het huidige lerarentekort. Bovendien is MAAK-onderwijs niet iets wat je er zomaar ‘bij doet’. Het vereist veel lesvoorbereiding en kennis. Sommige scholen kiezen er daarom voor om een vakleerkracht in te zetten. Daarbij zijn overlegmomenten cruciaal, zodat men van elkaar weet wat het lesaanbod is en verbanden gelegd kunnen worden tussen MAKEN en andere vakken en projecten die lopen in de school. Maar ook buiten de school moeten we ontwikkelingen volgen en van elkaar blijven leren. ‘Een leven lang leren’ geldt dus net zo goed voor de leerkrachten als voor de leerlingen. Je kunt het niet alleen, vandaar dat ik in dit blog weer reageer op gedachten van Astrid en Per-Ivar, waar ik veel inspiratie uithaalde…

Over MAKEN is nog een hoop meer te zeggen en te schrijven. Dit is eigenlijk pas een schuchter begin dat verre van volledig is. Maar een blog kan niet eindeloos doorgaan dus voorlopig stop ik hier. Ik wil deze post afsluiten waar ik mee begon, met een beeld van de presentatie van Paulo Blikstein over MAKEN: Een kans die we moeten grijpen…
Dus ja, wordt vervolgd,
Juf Annemarie
img_2228.jpg

Eén reactie »

  1. […] Het is een deel van de compleze puzel over waarom ik zo dol ben op MAKEN in het onderwijs. Zelf ben ik een MAKER en ik snap steeds meer waarom. MAKEN schept die ruimte. […]

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.